Hoe ziet jouw hardloopzondag eruit?

Moniek en Jeroen trainen allebei in de MiLa-groep van HAAG Atletiek en bespreken in hun column voor het clubblad Haagse Bluf de randzaken van hardlopen. Dit keer beschrijven ze een hardloopzondag in januari midden in coronatijd.

Jeroen: ‘Het is zondag 31 januari 10.00 uur. Ik ben net terug van een rondje lopen om Sabana, een groot park midden in San José, de hoofdstad van Costa Rica. Prima omstandigheden met weinig verkeer, 25 graden en een beetje wind. Hardlopen is hier populair, vooral op zondagochtend. Op een enkele fanatiekeling na zijn het vaak recreanten die wandelen afwisselen met hardlopen en druk praten met hun loopmaatjes. Ook opvallend veel stelletjes die samen aan het sporten zijn.

Ik ben hier nu een maand en moet bekennen dat ik niet veel heb getraind. Een keer op de loopband, die er na 30 minuten spontaan mee stopte. En eerder deze week een rondje, maar dat was door een pittige lunch niet zo genieten als vandaag. Ik probeer fit te blijven door iedere dag baantjes te trekken in het zwembad en veel te wandelen. Zo geniet ik met volle teugen van de kans die ik heb om hier te overwinteren. Wanneer de lente begint, kom ik weer terug naar Den Haag. Ik heb me dringend voorgenomen me dan weer als serieus atleet te gaan gedragen. Hoe was jouw loopje vandaag?’

Moniek hardlopen Haagse Bluf - You-Run

Moniek: ‘Het is zondagavond en om 20.55 uur stap ik mijn huis weer in na een avondloopje met een vriend. Net vóór de avondklok. Een heel nieuw rondje, langs de haven en zijn nieuwe huis. Ik had nog niet gelopen vandaag, omdat ik dit weekend mijn zusje op bezoek had, die mijn één-bezoeker-per-dag-quotum invulde. Ze had ook haar tweeling (zes jaar) meegenomen, maar die tellen niet.

Het was ongeveer 1 graad buiten – dat is even wat anders dan bij jou 😉 – maar een prachtige zonnige dag. We hebben Hooglanders gezien, prachtige klimbomen, plekjes in de duinen waar ik niet eerder geweest ben en zandbergen die erom vragen er vanaf te rollen. Ik wilde zelf eigenlijk ook, maar ging toch maar niet ‘omdat ik mijn nieuwe jas aan had’. Volgende keer doe ik mijn oude jas aan, zodat het kind in mij ook gewoon kan spelen. Met één activiteit doe ik sowieso altijd mee: ‘Kom, rennen tante Moniek!’